Oriëntatie
De naam van de geheimzinnige contraceptieve plant wordt nergens in de cyclus "De Aardkinderen" door de schrijfster expliciet genoemd. Op het moment dat ik het boek las waarin het kruid ter sprake kwam, zat ik in een dorp in Bretagne, hetwelk Cees van Beijnum in zijn boek “Het verboden pad” beschrijft, inclusief de kampeergelegenheid waar ik met mijn gezin de afgelopen dertig jaar enkele keren verbleef. Even van de camping af groeide eenzelfde plant als Ayla gebruikte naar mijn idee. Zonder verder onderzoek was voor mij duidelijk dat het deze plant moest zijn die Auel haar heldin liet gebruiken.
Dat Auel haar heldin de naam niet liet noemen, ligt in de volksaard van de 'Caucasian American'; die is op zijn zachtst gezegd nogal hypocriet op het stuk van seksualiteit en voortplanting.
Auel heeft ten behoeve van haar schrijfwerk een tijdje met indianen en eskimo's (Inuit) opgetrokken om overlevingskunsten op te doen en die hebben hun eigen manieren om overbevolking tegen te gaan. Als jager-verzamelaar is de balans tussen de populatie van mensen en de omgeving en wat die voortbrengt van levensbelang, vanzelfsprekend is het voorkomen van zwangerschappen de ideale methode om die balans te handhaven. Beter dan het afbreken ervan, of nog meer morbide 'het dunnen van de oogst', zoals de Polynesiërs als gebruik hadden. Daarbij werd om de paar jaren een selectie van de geboren kinderen aan de zee 'geofferd', waarbij de goden gunstig werden gestemd en eveneens overbevolking op de eilanden werd voorkomen. Ik ben nog nooit in Polynesië geweest, dus ken ik geen alternatieven voor deze, in onze ogen, barbaarse methode. Ze zullen er waarschijnlijk niet te vinden zijn. Want het moet traumatisch zijn, ook al is het een oude gewoonte en ben je ermee opgevoed, om je kind op te geven ten behoeve van de gemeenschap.
Wat me opvalt, is de belangstelling voor planten die hetzij contraceptief, hetzij aborterend zijn. Onopvallend komt de vraag altijd aan de orde, welke planten deze eigenschappen bezitten. Zodra ik over plantaardige remedies begin, tijdens een lezing, of een wandeling in de natuur, komen deze dingen aan de orde. De laatste tijd zijn er ook steeds meer vragen omtrent gewilde zwangerschappen. Mannen beginnen daar vrijwel nooit over, het zijn meestal de dames die ermee bezig zijn. Later komen er wel eens schriftelijke vragen van mannen over reproductieproblemen, die dan in besmuikte vorm en vaak ook 'voor een vriend' worden gesteld.
Ergens in mijn bibliotheek slingert een vrij lijvig boek rond, geschreven door een dame die twee expedities naar het regenwoud heeft ondernomen op zoek naar voorbehoedende planten, in opdracht voor een paar farmaceutiche firma's. Ze vindt die, noemt geen namen (net als Auel), maar besluit het boek met de conclusie dat de industrie er niets mee doet.
Jean Auel heeft het over een soort Warkruid (botanische naam: Cuscuta), een plant die in het Nederlands ook met de beeldende volksnaam Duivelsnaaigaren wordt aangeduid. Een site die aan de boeken van Auel is gewijd, is daar duidelijk over. Het gaat bij Auel om een in Californië voorkomende soort: Cuscuta californica, Chaparral Dodder of Golden Thread. Auel heeft het van de Tongva-indianen, die de zuidkust van Californië en enkele eilanden voor de kust bewonen. Zij gebruikten het niet alleen als voorbehoedsmiddel, maar ook als geneesmiddel.
Het bedoelde artikeltje op internet is te vinden via deze link:
Etnobotanie
Als we de etnobotanische databank (van James A. Duke) erop naslaan, dan wordt de Cuscuta megalocarpa uit Noord-Amerika (Bigfruit Dodder) als enige voorbehoedende soort genoemd en de Cuscuta europaea (Groot Warkruid) als afrodisiacum. Om het geheel nog verwarrender te maken, is er sprake van gebruik tegen spontane zaadlozingen en tegen onvruchtbaarheid en juist ter bescherming van zwangerschappen. Ook wordt een niet nader gespecificeerd warkruid genoemd als abortief kruid.
De Afrikaanse soorten mogen slechts door uitgedroogde oude besjes geplukt worden, omdat ze, als ze door de menopauze heen zijn, geen last meer hebben van door de huid dringende stoffen.
In Afrika raden ze het mannen af om warkruid te plukken, omdat hun jongeheer erdoor ineen zou schrompelen als ware het een uitdrogend knakworstje. Geen aanlokkelijk beeld voor een man.
Alternatieve voorbehoedende planten
Ik ben op zoek gegaan naar andere planten die een zwangerschap zouden helpen voorkomen.
Als we kijken naar de sterkste concentratie aan voorbehoedende stoffen, komt de Zwarte Nachtschade (Solanum nigrum) naar voren als nummer één, met solasodine als actieve stof. Dit stofje wordt overigens in meerdere Solanum-soorten gevonden.
Adam en Eva gebruikten het vijgenblad (Ficus carica) als bedekking voor hun schaamdelen of misschien ook wel als voorbehoedsmiddel. Wees gerust, de vijgen als vrucht doen daaraan niet mee.
De prachtig in de herfst verkleurende Amberboom (Liquidambar styraciflua) levert ook voorbehoedende stoffen, in haar stam.
De Amerikaanse Vogelkers (Prunus serotina), bij ons beter bekend als de 'bospest' die Staatsbosbeheer uit haar bossen kwijt wil, heeft ook een schors die het nodige leveren kan, en de bladeren van de Bloemkool (Brassica oleracea var. botrytis subvar. cauliflora) zijn ook al genoemd in dit verband.
Een andere plant, echter niet een met een hoge concentratie aan voorbehoedende stoffen, is de Engelwortelsoort Bai Zhi (Angelica dahurica). En wat dacht u van het afrodisiacum selderiezaad (Apium graveolens)? Zelfs de Aardappel (Solanum tuberosum), een neefje van de Nachtschade, heeft in zijn knol twee stofjes die voorbehoedend zijn. Gelukkig voor aardappelconsumenten is de concentratie veel te laag. De Wilde Peen (Daucus carota) wordt ook in diverse lijsten genoemd als voorbehoedend; als u dus moeite heeft om zwanger te geraken, gaan we de peentjes van het menu halen.
Verdacht of zo u wilt suspect zijn een dertigtal planten:
Ageratum spec. |
|
Anthurium spec. |
|
Berberis repens |
Kruipende zuurbes |
Betula utilis |
Aziatische papierberk (Bruine Himalayaberk) |
Capsella bursa-pastoris |
Herderstasje |
Cinchona officinalis |
(een neefje van de Kattenklauw, ook Perubast genoemd; vgl. Uncaria tomentosa) |
Cnicus benedictus |
Gezegende distel (de nonnetjes die ik zaad opstuurde voor hun kruiden, kijken nu vreemd op: een gezegend voorbehoedsmiddel!) |
Curarea tecunarum |
(plant waarvan het gif curare wordt gewonnen) |
Daucus carota |
Wilde peen |
Dieffenbachia spec. |
Dieffenbachia (giftig!) |
Euphorbia spec. |
Wolfsmelk |
Hydrastis canadensis |
Geelwortel |
Ilex cornuta |
Chinese hulst |
Juniperus virginianum |
Sevenboom |
Lithospermum officinale |
Glad parelzaad |
Lithospermum ruderale |
Parelzaad |
Panax quinquefolius |
Amerikaanse ginseng (broertje van de Ginseng) |
Persicaria hydropiper (Polygonum hydropiper) |
Waterpeper |
Piper betel |
Betelpeper |
Pisum sativum |
Erwt |
Plantago lanceolata |
Smalle weegbree |
Rosmarinus officinalis |
Rozemarijn |
Stevia rebaudiana |
Honingkruid, Suikerblaadje |
Stachys byzantina (Stachys lanata) |
Ezelsoor, Andoorn (Lamb's ear) |
Talinum spec. |
|
Taxus baccata |
Venijnboom |
Uncaria tomentosa |
Kattenklauw |
Veratrum californicum |
Californisch nieskruid |
Viola spec. |
Viooltje |
Ziziphus jujube |
Chinese dadel |
Ter vergelijking een lijst op de website Plants for a future:
Namen
Wel ga ik u wat namen geven, zoals bij mijn andere plantbeschrijvingen.
Het Warkruid behoort tot de Warkruidfamilie (Cuscutaceae), die soms ook wel wordt ondergebracht bij de Windefamilie (Convolvulaceae).
Als belangrijkste Europese soort noem ik Cuscuta europaea.
Nederlands |
Groot Warkruid, Duivelsnaaigaren (naam voor alle Warkruidsoorten), Vrouwenhaar |
Engels |
Dodder, Golden Thread, Beggarweed, Hellweed, Strangle Tare, Scaldweed |
Frans |
Grande Cuscute, Cuscute, Tituber |
Duits |
Nessel-Seide, Teufelszwirn |
Italiaans |
Cuscuta |
Spaans |
Cúscuta |
Russisch |
старая развалина (Staraja razwalina) |
Grieks |
κουσκούτη, νεραϊδόνημα (Koeskoeti, Neraïdonima) |
Arabisch |
الاسم) نوع من النبات المتطفل |
Etymologie
Citaat uit H. Kleijn, "Planten en hun naam, botanisch lexicon der Lage Landen" (1980, blz. 103):
"Het 'verklaren' van de Latijnse geslachtsnaam is ook hier geen gemakkelijke zaak, want er bestaan meerdere uitleggingen. We zullen hier enkele laten volgen, zonder een bepaalde stelling of voorkeur te hebben. De zaak is namelijk nog niet voldoende uitgeplozen.
[Dr. C.A.J.A.] Oudemans [1899]: 'Van Italiaanschen oorsprong en synoniem met het Italiaansche cassuto. In het Grieksche nu beteekent kassutes, flikker, lapper, hersteller en het werkwoord kassutoo, flikken, lappen, herstellen, zoodat cuscuto betrekking lijkt te hebben op plaatsen die de voorwerpen uit haar naaste omgeving samensnoeren, wat werkelijk het geval is en dan ook in het woord "Duivelsnaaigaren" ligt opgesloten. Een andere lezing is deze, dat cuscuta zou afstammen van skuton; zweep, en dat de verdubbeling der eerste lettergreep ten doel hebbende om de betekenis van het grondwoord nader te omschrijven of krachtiger te doen uitkomen, tot het denkbeeld voeren zou van "laage zweep met verwarden slag". Ook deze verklaring is niet af te wijzen.'
Dr. F. Kanngieser meent dat de naam afkomstig is van het Arabisch kuchûta, dat een kruid zonder wortel of blad betekent.
In een Engels plantenboek: 'Stamt waarschijnlijk niet af van het Grekse woord kassuo: aan elkaar stikken, maar meer van het Arabische kustikut: zijde.' (De ronde glanzende, dunne stengels hebben iets van een draad zijde weg.)
Tenslotte Hegi : 'De naamafleiding is onzeker, voor het eerst komen we naam Cuscuta tegen bij H. Bock (1539). Misschien van het Griekse kassyu; aan elkaar binden, aan elkaar lappen, omdat de plant om andere heenslingert, of van het Arabisch kuchuta van dezelfde betekenis.' "
Volgens Leonhart Fuchs (New Kreüterbuch, 1543, Caput CXXXI) zit het als volgt in elkaar:
"Das verworren Filzkraut würt von ettlichen Flachsseiden und Dotter genent. Von den Griechen so zu letzt geschriben haben ist es Cassytha geheyssen worden. Von dem Lateinischen Cassutha/ die das y in ein u verwandlet haben. Nachfolgends ist es von den Arabiern Casuth/ und derselbigen nachuolgern den Apoteckern Cuscuta genent worden."
Bij Rembert Dodoens (Cruydt-Boeck, 1644, bladzijde 882 rechterkolom) heet het Warkruid behalve Cuscuta, ook Schorfte of Wrange. Zie de beschrijving op:
Over de namen en de afleiding daarvan lezen we het een en ander op bladzijde 883 (linkerkolom):
Vergelijk ook de eerste uitgave van Dodoens' kruidboek (Cruijdeboeck, 1554):
In het recente werk "Etymologisches Wörterbuch der botanische Pflanzennamen" door Helmut Genaust (1996, reprint 2005) is het volgende te vinden:
"... Cuscuta via Middel-Frans cuscute, ontleend aan middeleeuws Latijn cuscuta, dat hoogstwaarschijnlijk een verkeerde lezing is van *cussuta (deze naam komt voor bij Johann Bauhin, Historia plantarum universalis, 1650); de naam is dankzij de medicinale toepassing ontleend aan Arabisch kusuta. De correcte vorm en afleiding van het Arabische woord is niet met zekerheid te geven (misschien is er een verband met Arabisch kazz, 'zijde'), maar afgaand op de structuur van het woord is het een vreemd woord in het Arabisch en met zekerheid ontleend aan Grieks kasýtas, 'een Syrische soort' (Hesychius), kadýdas, 'een parasitaire plant' (Theophrastus, Dioscorides; Latijn cadýtas, bij Plinius), gedetermineerd als Hopwarkruid, Cassyta filiforme, aldus H. Frisk, 1973[= Cuscuta lupuliformis]."
Soorten
Er is sprake van een 160-tal bekende Warkruidsoorten.
De voor dit essay belangrijke soorten zijn:
Cuscuta epithymum, Cuscuta europaea (Europa) en Cuscuta californica, Cuscuta megalocarpa (Verenigde Staten).
Andere soorten, die het meest genoemd worden:
C. americana, C. applanata, C. approximate, C. attenuate, C. boldinghii, C. brachycalyx, C. cassytoides, C. ceanothi, C. cephalanthi, C. compacta, C. coryli, C. corylii, C. cuspidate, C. decipiens, C. dentatasquamata, C. denticulate, C. epilinum, C. erosa, C. exaltata, C. fasciculate, C. globulosa, C. glomerata, C. gronovii, C. harperi, C. howelliana, C. indecora, C. indesora, C. japonica, C. jepsoni, C. leptantha, C. mitriformis, C. obtusiflora, C. odontolepis, C. pentagona, C. plattensis, C. polygonorum, C. potosina, C. potosona, C. reflexa, C. rostrata, C. runyonii, C. salina, C. sandwichiana, C. squamata, C. suaveolens, C. suksdorfii, C. tuberculata, C. umbellata, C. vivipara, C. warneri.
De Cuscuta californica is goudkleurig, geel zo u wil, en van deze maakten de Tongva als vermeld gebruik.
In Nederland aangetroffen soorten zijn: Klein Warkruid (Cuscuta epithymum), Groot Warkruid (Cuscuta europaea), Veldwarkruid (Cuscuta campestris), Hopwarkruid (Cuscuta lupuliformis), Oeverwarkruid (Cuscuta gronovii). Het Vlaswarkruid (Cuscuta epilinum) is uitgestorven.
Enkele afbeeldingen
- Diverse in de Digital Flora of Texas - Vascular Plant Image Library
- Cuscuta europaea:
- Cuscuta epithymum:
- Cuscuta epilinum:
- Cuscuta californica:
Inhoudstoffen
Amarbeline Semen; Ash rest Plant 80,000 ppm; Bergenine Radix; Beta-Sito-Sterol Plant; Cucutaline Semen; Fructose Plant; Galactose Plant; Glucose Radix, 25,000 ppm; Kalium Plant, 60,000 ppm; Kamferolie Plant; Luteoline Plant; Leuco antho cyanine Plant; Flobabeen Radix, 30,000 ppm; Mangiferine Plant; Mannitool Plant; Looistof; Rhamnose Plant 5-hydroxy-7-methoxy-6-(2,3-epoxy-3-methylbutyl)-flavanone; furofuraan lignine; calystegines; (11 S)-hydroxyhexadecanoic acid 11-O-alpha-L-(4- O-2 R,3 R-nilylrhamnopyranosyl)-(1-->2)-O-alpha-L-rhamnopyranosyl-(1,2-lactone); cuscutamine 3-O-beta-D-galactoside-7-O-beta-D-glucoside; quercetine 3-O-beta-D-apio furano syl-(1-->2)-beta-D-galactoside; hyperoside; isorhamnetine; quercetine; d-sesamine; 9(R)-hydroxy-d-sesamine; d-pinoresino; daucosterol; 3,5-Di-O-caffeoylquinic acid; methyl 3,5-Di-O-caffeoylquinate; 7'-(3',4'-dihydroxyphenyl)-N-[(4-methoxyphenyl)ethyl]propenamide; 7'-(4'-hydroxy,3'-methoxyphenyl)-N-[(4-butylphenyl)ethyl]propenamide; 2-(3-hydroxy-4-methoxyphenyl)-3,5-dihydroxy-7-O-beta-D-glucopyranoside-4H-1-benzopyrane-4-one; Australiside A; thymidine; p-coumarinezuur; azijnzuur; propionzuur; (2S)-2-methylboterzuur; tigliczuur; (2R, 3 R)-nilic acid; (11S) convolvulinezuur en (11S)-jalapinolischzuur; cuscutinezuren A-D
Zijnde de laatste stand der wetenschap, waarbij - indien vermeld - Semen staat voor: aangetroffen in het zaad; Radix = wortel, wat heel pikant is omdat de worteltjes hooguit een dag of tien bestaan; Plant staat voor het geheel. Van de laatst aangetoonde stoffen vertelde de bron slechts in één of twee gevallen waar de stof was aangetroffen en dat was het zaad. Mocht er iemand aanvullingen op deze lijst hebben, dan houd ik mij warm aanbevolen.
Gebruik
- Oraal = thee of tinctuur, het verse kruid
- Uitwendig = als badwater en als depmiddel
Toegepast bij:
- Urinewegproblemen
- Nierproblemen
- Leveraandoeningen
- Scheurbuik
- Geelzucht
- Diverse mentale problemen (Culpepper) (Armenië)
- Galverstoppingen (Culpepper)
- Scrofuleuze tumoren (Grieve)
- Melancholie (Armenië)
- Duizeligheid (Armenië)
- Hoofdpijn (Armenië)
- Samentrekkend (astrigerend in wondpoeder) (Wong)
- Tegen wondbesmetting (als wondpoeder) (Wong)
- Ongewilde zaadlozingen
- Schurft
- Verstoppingen (laxatief)
- Reumatiek
- Koorts
- Tuberculose
- Kanker (Hartwell)
- Incontinentie (Burkill)
- Verzweringen
- Voorbehoedsmiddel (Krochmal) (Wong)
- Afrodisiacum (Steinmetz)
Voorkomen
Bijna alle warkruiden hebben stengels die in schijnbaar grote wanorde op hun gastplanten schijnen te zijn neergesmeten, de bladeren zijn of niet aanwezig of zeer nietig. De stengels variëren in kleur van prachtig lichtgeel tot aan dieprood en bruinrood. De bloemen zijn of wit of roze. De bloemen zitten in groepjes bijeen als zijn het kleine balletjes.
Ontwikkeling
De ontwikkeling van zaad tot volwassen plant is leuk om te volgen. Het zaad ontkiemt in de grond en gaat dan tegen de klok in draaien, net zolang tot het een geschikte gastheer vindt. Vinden de kiemplanten die niet binnen een dag of tien, afhankelijk ook een beetje van de luchtvochtigheid, dan sterven ze. Het zaad is fijn en kan rustig een jaar of vijf overleven. Er is studie gedaan naar wat het zaad tot ontkieming beweegt en dat hangt samen met de stoffen die de gastheer via de wortels afscheidt.
Als de gastheer is gevonden, vormen zich uitstulpingen (houstoria). Deze wringen zich met geweld naar binnen. Mocht dat niet voldoende zijn, dan maakt het opperhuidoplossende stoffen en dringt het op die manier bij de gastheer binnen. De houstoria worden gedacht stengeldelen te zijn en dus geen wortel. Vervolgens sterft het kiemgedeelte met de rudimentaire wortels af.
In Amerika beschouwen de boeren warkruid als een vervelend akkeronkruid ('noxious weed'), dat met chemische bestrijdingsmiddelen wordt bestreden en, alsof dat niet voldoende is, ze pakken er desnoods een vlammenwerper bij. Vooral Alfalfa-boeren en Sesam-boeren hebben er een gruwlijke hekel aan. Mensen met tuinen worden ook gewaarschuwd om rigoreus op te treden als ze warkruid vinden.
Standplaats
De Cuscuta’s komen over de hele wereld voor, zowel in de tropische en subtropische gebieden als in de gematigde streken.
Ongewenste samenlopen en dosering
Mogelijk kan een verkeerd gebruik leiden tot afwijkingen van de baarmoeder, er is te weinig onderzoek gedaan naar effecten bij medicijngebruik.
Zodra er meer studierapporten worden gepubliceerd, zal ik daarvan melding doen.
Epiloog, ter verstrooiing
Ik stuurde een medewerker van Plantaardigheden.nl, al even plantengek als ik zelf, een foto van de Cuscuta epithymum, die ik van het net plukte, met de opmerking dat het "wel grappig was om op deze manier iemand een bloemetje te sturen zonder langs een bloemenmeisje te gaan". Daarop kreeg ik een afbeelding van een postzegel (zie deze link):
met daarop een grasmus die luistert naar de naam Sylvia undata (wetenschappelijke naam) zittend op een Gaspeldoorn (Ulex europaeus) die met Cuscuta epithymum begroeid is. Met de vraag of "Sylvia mogelijk een bloemenmeisje was zonder afspraakje" (date = afspraakje)?
Dat kan niet zijn: Sylvia is de Zus (tweede leg) van Edith Piaf (piaf = mus), die na het overlijden in 1964 van Edith groupie en lid van het achtergrondkoortje van George Moustaki werd, die een ruige verkering met Edith had. Edith heette ook geen "tjiftjaf", zoals voornoemde medewerker in een speelse bui van ornithologische genealogie fantaseerde, maar Edith Johanna Gassion bij geboorte.
Volgens nog steeds diezelfde plantengek betrof dit de enige discussie die diepgang had naar aanleiding van het warkruid. Ergens, ben ik het zeker met hem eens.
P.Munnik
Plantaardigheden.nu - Vragen en antwoorden en discussie |